EG-Machinerichtlijn - EKH | Erkende Keurbedrijven Hijs- en Hefmiddelen - EKH EG-Machinerichtlijn - EKH | Erkende Keurbedrijven Hijs- en Hefmiddelen
Home » Wet en regelgeving » EG-Machinerichtlijn

EG-Machinerichtlijn

Deze Europese Richtlijn is sinds 1 januari 1995 van toepassing. De vigerende versie is de 2006/42/EG. Machines en gereedschappen die na 1 januari 1995 voor het eerst in de handel zijn gebracht moeten aan de richtlijn voldoen.

De richtlijn stelt minimale veiligheidseisen aan machines, maar ook aan hijsgereedschappen die binnen de Europese Gemeenschap in de handel worden gebracht en in gebruik worden gegeven. Daardoor is de richtlijn bedoeld voor fabrikanten en geeft deze sterkte- en constructievoorschriften, die een veilig gebruik zoveel mogelijk moeten garanderen.

De EG-Machinerichtlijn is in de Nederlandse wetgeving opgenomen in de:

  • Warenwet door het Warenwetbesluit Machines
  • Wet Gevaarlijke Werktuigen door het Besluit Machines.

De volgende producten vallen hieronder:

  • machines
  • verwisselbare uitrustingsstukken
  • veiligheidscomponenten
  • hijs- en hefgereedschappen
  • kettingen, kabels en banden: producten die zijn ontworpen en geproduceerd voor hijs- en hefdoeleinden als onderdeel van hijs- of hefmachines of van hijs- of hefgereedschap
  • verwijderbare mechanische overbrengingssystemen en niet voltooide machines.

De Machinerichtlijn (2006/42/EG) kent de volgende definities die van toepassing zijn voor machines:

  • een samenstel, voorzien van of bestemd om te worden voorzien van een aandrijfsysteem, maar niet op basis van rechtstreeks gebruikte menselijke of dierlijke spierkracht, van onderling verboden onderdelen of componenten waarvan er ten minste één kan bewegen en die samengevoegd worden voor een bepaalde toepassing;
  • een verwisselbaar uitrustingsstuk, een inrichting die na inbedrijfstelling van een machine of trekker door de bediener zelf hieraan wordt gekoppeld om deze een andere of bijkomende functie te geven, voor zover dit uitrustingsstuk geen gereedschap is;
  • een veiligheidscomponent is een component met een veiligheidsfunctie die afzonderlijk in de handel wordt gebracht, waarvan het niet en/of verkeerd functioneren de veiligheid van personen in gevaar brengt en die niet nodig is voor de werking van de machine of die door gewone componenten kan worden vervangen om de machine te doen werken.

 

CE

Producten die vallen onder de definities dienen te voldoen aan de essentiële eisen van de richtlijn. De producent of importeur is hiervoor verantwoordelijk. Eveneens dient ook de administratieve verplichting nagekomen te worden (technisch dossier 10 jaar, gebruiksaanwijzing enz.). Indien hieraan voldaan is kan het product worden voorzien van een CE-markering en een fabrikantenverklaring (EG-verklaring van overeenstemming, model IIA of IIB). Daardoor kunnen deze producten vrij verhandeld worden in de hele Europese Economische Ruimte (EER).

CE IIA

CE IIA-verklaring
Voltooide machines die vallen onder het toepassingsgebied van de Machinerichtlijn dienen voorzien te worden van een EG-verklaring van overeenstemming. De inhoud daarvan van deze verklaring staat in bijlage IIA van de Machinerichtlijn. In het kort wordt deze ook wel de IIA-verklaring genoemd.

CE IIB

CE IIB-verklaring
Niet voltooide machines voldoen over het algemeen niet of slechts gedeeltelijk aan de eisen van de Machinerichtlijn. Indien deze machines worden ingebouwd of samengebouwd met andere (niet voltooide) machines, mogen zij in de handel worden gebracht indien zij vergezeld gaan van een inbouwverklaring betreffende niet voltooide machines. De inhoud van deze verklaring staat in bijlage IIB van de Machinerichtlijn. De verklaring wordt daarom dan ook vaak IIB-verklaring genoemd.

CE en wijzigingen aan machine

Een eigenaar van een machine kan besluiten deze te veranderen. Zodra het effect van de wijzigingen of aanpassingen er toe leidt dat niet meer voldaan wordt aan de essentiële eisen van de Machinerichtlijn, mag het product niet meer worden gebruikt. Om deze toch in gebruik te nemen dient de eigenaar er eerst voor te zorgen dat deze weer in overeenstemming is met de essentiële eisen. Concreet houdt dat in dat de eigenaar een Risico-Inventarisatie & Evaluatie (RI&E) uitvoert met betrekking tot de aanpassing, er een Technisch Constructie Dossier van de wijziging wordt gemaakt en indien nodig de gebruikshandleiding wordt aangepast.

EG-Richtlijn Arbeidsmiddelen

De Europese Richtlijn Arbeidsmiddelen (89/655/EEG) heeft betrekking op de veiligheidszorg. De richtlijn is bedoeld voor de gebruiker of degene die verantwoordelijk is voor veilig gebruik van machines of hijsgereedschappen.
Deze richtlijn (89/655/EEG) zorgt er voor dat ieder Europees land zijn nationale veiligheidszorg (inspectie en onderhoud) kan handhaven. Het richt zich op de gebruiker / verantwoordelijke voor veilig gebruik van de machines, installaties en gereedschappen. Dit is vaak de werkgever. Deze dient voldoende instructie te (laten) geven voor juist gebruik van de machine, toe te zien op veilig gebruik enz.

Nationale wetten veilig en gezond werken

Arbowet

  • De Arbowet vormt de basis van de Arbowetgeving. Hierin staan de algemene bepalingen die gelden voor alle plekken waar arbeid wordt verricht (dus ook bij verenigingen en stichtingen). De Arbowet is een kaderwet. Dat betekent dat er geen concrete regels in staan. Die zijn verder uitgewerkt in het Arbobesluit en de Arboregeling. Op de website van de overheid is de volledige tekst van de Arbowet te vinden.

Arbobesluit

  • Het Arbobesluit is een nadere uitwerking van de Arbowet. Hierin staan de regels waar zowel werkgever als werknemer zich aan moeten houden om arbeidsrisico’s tegen te gaan. Deze regels zijn verplicht.
  • In het Arbobesluit zijn de minimumvoorschriften van de Europese Richtlijn Arbeidsmiddelen opgenomen. Alle arbeidsmiddelen dienen aan dit besluit te voldoen.
  • Hoofdstuk 7 (art. 7.2, 7.3) van het Arbobesluit gaat over de voorschriften waaraan moet worden voldaan bij aanschaf en ter beschikkingstelling van arbeidsmiddelen aan werknemers. Ook zijn er voorschriften in opgenomen hoe gevaar beperkt dient te worden bij gebruik en het onderhoud van de arbeidsmiddelen (Artikelen 7.4a, 7.18, 7.18A, 7.20 en 7.29).

Er staan ook afwijkende en aanvullende regels in voor een aantal sectoren en categorieën werknemers. Op de website van de overheid is de volledige tekst van de Arbobesluit te vinden.